De schilderijen van Niko Pirosmani (1862-1918) spelen voor Georgie dezelfde rol als die van Rembrandt en Vincent van Gogh voor Nederland. Je ziet zijn doeken overal afgebeeld en voor de buitenlander is zijn weergave van het Georgische leven net beeld geworden. Zijn voornamelijk primitieve werk beeldt vooral scenes uit van het Georgische leven in een Georgisch landschap. Daarbij gaat het om tradities als eten, vechten en jagen. Zijn bekendste werken zijn de afbeeldingen van de soepra waarop je met name mannen aan een rijkelijk gedekte tafel op bourgondische wijze een maaltijd ziet nuttigen.
Anders dan Rembrandt en net als Vincent van Gogh kreeg Pirosmani tijdens zijn leven nauwelijks erkenning en slaagde hij er niet in van zijn werk te leven.
De in Tbilisi wonende kunstenaar had daarom voortdurend andere banen om in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien. Met het toenmalige kunstenaarsestablishment, dat op hem neerkeek, lag hij voortdurend in de clinch. Hij genoot slechts beperkte erkenning, onder meer bij de Russische avant-gardeschilders Natalja Gontsjarova en Michail Larionov die zijn werk in 1913 in Moskou tentoonstelden.
Pirosmani stierf in 1918 aan ondervoeding en is begraven in een naamloos graf op de Nino-begraafplaats van Tbilisi. Vanaf dat moment zou zijn ster echter snel rijzen. In de jaren twintig van de vorige eeuw werd zijn nu officieel als 'primitivisme' gebrandmerkte werk door de avantgarde in Parijs en door andere kunstenaars bewonderd. Er kwamen steeds meer Internationale tentoonstellingen en in Georgie zelf werd hij uiteindelijk omarmd als de nationale schilder. Maar Pirosmani heeft nog altijd geen eigen museum. Er zijn ongeveer 200 van zijn werken bewaard gebleven. De meeste vind je in het Museum van Schone Kunsten in Tbilisi. Maar ook het Kunstmuseum van Batoemi en het Etnografisch en Archeologisch museum van Sighnaghi beschikken over een collectie Pirosmani's.